Het aantal huishoudens is veel sneller gegroeid dan de bevolking, dit is te verklaren door eenpersoonshuishouden en eenouderhuishoudens, dit is de sterkst groeiende huishouden. Deze groep heeft een andere woningbehoefte dan meerpersoonshuishouden waardoor het huidige woningaanbod niet voor iedereen voldoet.
Eenpersoonshuishouden
Wanneer een persoon alleen in een woning woont heeft deze relatief gezien meer gebruiksoppervlakte wonen nodig dan wanneer een woning gedeeld wordt. Dit is vrij logisch want de verblijfsruimtes moeten toch aanwezig zijn maar worden niet door meer personen gedeeld, denk hierbij aan de woonkamer, keuken, badkamer.
Ontwikkeling afgelopen 60 jaar
Begin 2023 waren er 8,3 miljoen huishoudens in Nederland, waarvan 3,3 miljoen eenpersoonshuishoudens. Gemiddeld wonen er 2,12 mensen in een Nederlandse huishouden, in 1963 was de gemiddelde huishoudensgrootte nog 3,52. Hieronder kun je zien hoe de groei bevolking en huishoudens zich ontwikkeld heeft van 1963 tot 2023. De prognose naar de toekomst is niet dat dit een ontwikkeling is die zal veranderen.
(bron: CBS)
Eenpersoonshuishouden onderverdeeld
Eenpersoonshuishouden kun je in verschillende groepen onderverdelen.
De eerste groep zijn personen die hun ouderlijk huis hebben verlaten. Deze groep is in tweeën te verdelen, mensen die in de toekomst willen gaan samenwonen en mensen die bewust alleen willen blijven wonen.
Er is ook een groep die een relatie heeft ontbonden en hierom alleen gaan wonen. Er zijn ook mensen met kinderen die een relatie ontbinden, de eenouderpersoonshuishouden. Dan wonen ze met meerdere personen in een woning maar de financiering van de woning van een persoon afhankelijk is.
De laatste groep is het hardst groeiende door de vergrijzing in Nederland zijn de oudere mensen die alleen wonen nadat hun partner is overleden. Deze groep beschikt dan over de woning die voorgaand van hen en hun partner was maar hebben een andere woningbehoefte gekregen.
Figuur 1 Verdeling eenpersoonshuishouden
Hoe komt deze ontwikkeling
50 jaar geleden was het aandeel alleenstaanden veel kleiner dan nu. Voor jongeren was het niet gebruikelijk om voor je ging samenwonen op jezelf te gaan wonen. Mensen trouwde veelal uit hun ouderlijk huis en ging dan samenwonen. Echtscheidingen kwamen vroeger veel minder vaak voor dan dat ze nu voorkomen. Dit komt door de ontkerkelijking en doordat de economische positie van vrouwen is verbeterd. Veel ouderen blijven langer zelfstandig wonen, vroeger woonde ouderen in verzorgings- of verpleeghuizen. Dit komt door de vergrijzing van de samenleving. Doordat de levensverwachting van mensen langer is, zijn er meer oudere mensen waardoor ze mogelijk langer alleen blijven wonen nadat hun partner is overleden.
Woonbehoefte eenpersoonshuishouden
Er is marktonderzoek gedaan naar de woningbehoefte van eenpersoonshuishouden. Omdat ze alleen zijn wordt de aanname gedaan dat ze klein willen wonen en veel buitenhuis leven. Uit onderzoek is gebleken dat ze niet klein (<60 m2) willen wonen, ook niet als dit om de beste locaties gaat. Ze slapen vaak in een tweepersoonsbed dus hebben geen behoefte aan een kleinere slaapkamer. Ze hechten veel waarde aan een extra kamer voor hobby of kantoor en vinden genoeg opbergruimte erg belangrijk. Ze vinden buitenruimte een vereiste en hebben geen behoefte aan gemeenschappelijke ruimtes.
Gevolgen woningmarkt
Het gevolg van deze toename in huishoudens heeft grote invloed gehad op de huidige woningmarkt doordat er een tekort is ontstaan. Het tekort aan woningen heeft ervoor gezorgd dat de huizenprijzen de afgelopen 10 jaar zo extreem zijn toegenomen. Hierin wordt ook soms gesteld dat er vooral het verkeerde type woning is gebouwd, zoals kleine appartementen of te dure woningen. Voor eenpersoonshuishouden is het zonder eigen vermogen haast onmogelijk om een eigen woning te kopen, dit zorgt tevens voor een grote druk op huurwoningen.
Kanttekening hierin is dat de huizenprijzen niet alleen door de aanbod- en vraagkant zo sterk gestegen zijn maar ook door de financieringsmogelijkheden en woningen als alternatieve beleggingen in plaats van sparen, beleggen of obligaties.
Oplossingen voor huishoudensverdunning
Huishoudensverdunning zelf is een gevolg van de individualisering van de samenleving en hierop zal de samenstelling van woningtype en woningaanbod moeten worden afgestemd.
Uiteindelijk is er maar een antwoord op de huishoudensverdunning: BOUWEN, BOUWEN en nog meer BOUWEN. Hierbij zal er voornamelijk gebouwd moeten worden naar het tekort, dit is dus in de “betaalbare” woning in het lagere segment. Dit is geen eenvoudige opgave door de hoge bouwprijzen en de beperkte geschikte grond. De gemeente kan hier een grote rol in spelen omdat zij invloed hebben op het toestemming geven voor woningbouw en de samenstelling van de woningbouw.
Naast het bouwen van meer woningen kunnen er andere maatregelen door de overheid worden toegepast. Bijvoorbeeld maximale prijsstijging van woning bij doorverkoop, starterslening, koopstart of een zelfbewonersclausule.